Column
Opinie

Rentmeesterschap

Er is veel te doen over maatschappelijk ondernemen. “Steward ownership” of rentmeesterschap krijgt nu ook de aandacht van de politiek met het gezamenlijke initiatief van D66 en NSC om een nieuwe rechtsvorm te introduceren, de RV: De Rentmeester Vennootschap. Terwijl wetgevingstrajecten lang kunnen duren – en ongewis zijn, zie de maatschappelijk BV die niet van de grond is gekomen – is het goed dat dit de aandacht krijgt.

Het bedrijfsmodel waarin de focus ligt op maximalisatie van aandeelhouderswaarde op korte termijn, loopt al langer tegen zijn beperkingen aan. In dit model worden natuur en mensen als “productiefactoren” beschouwd en wordt er onvoldoende rekening gehouden met de “externaliteiten” – de “neveneffecten” van hun activiteiten. 

Het gevolg is de uitputting van de aarde, waaronder klimaatverandering en verlies van biodiversiteit, wat steeds evidenter wordt. De urgentie van deze maatschappelijke problemen wordt dan ook steeds breder gevoeld, ook bij bedrijven. 

Bedrijven hebben een belangrijke rol en kunnen zowel positief – denk aan hun producten, innovatie en werkgelegenheid – als negatief – vervuiling en CO2-uitstoot – bijdragen aan de samenleving. Helaas is er, vooral door gebrek aan adequate regelgeving, te veel ruimte geweest om vooral negatief bij te dragen. 

In de optiek van steward ownership hebben bedrijven hun bestaan te danken aan de samenleving – zowel mensen als natuur – en hebben ze daarmee ook verplichtingen ten opzichte van die samenleving. Profiteren van, ten koste van mensen en planeet, hoort niet bij een gezond, toekomstgericht business model. Een onderneming die zich inricht langs principes van steward ownership zou kunnen bijdragen aan een betere balans tussen belangen van alle stakeholders.  Daarmee wordt ook de onderneming meer toekomstbestendig. 

Winstrecht en stemrecht uit elkaar

Wat houdt dat dan in? Bij een RV of stewardship ownership-model hebben “rentmeesters” – typsich een stichting /entreprise foundation – zeggenschap over het bedrijf. Winstrecht en stemrecht worden als het ware uit elkaar gehaald. Typerend hierbij is het besluit van een oprichter/eigenaar van een bedrijf om zijn/haar aandelen over te dragen aan een foundation, die dan vervolgens de zeggenschap over het bedrijf krijgt, om een langere termijndoelstelling veilig te stellen. Volgens Thomsen (2017) zijn de kenmerken van dergelijke bedrijven onder meer onafhankelijkheid, “a non-selfish purpose, which goes beyond benefitting the founder” en zijn er bijvoorbeeld regels voor toezicht via een separate juridische entiteit. 

Er zijn talloze voorbeelden van succesvolle foundation owned companies. Foundation ownership komt veel voor in Denemarken, waar ik vandaan kom. Denk aan Novo Nordisk, Carlsberg, A.P. Møller Maersk, Danfoss, Grundfoss, William Demant en vele andere organisaties. Maar in andere landen zijn er ook grote en succesvolle “fondsondernemingen”, zoals IKEA, Bosch, Rolex, Patagonia.

In het lezenswaardige boek Toekomstbedrijven van Gijsbert Koren en Nina de Korte wordt nader uitleg gegeven over waarom en ook van hoe een bedrijf steward ownership te geven. Kenmerkend voor deze bedrijven is dat zij op de lange termijn zijn gericht en daardoor bijvoorbeeld bovengemiddeld in r&d (onderzoek) investeren. Vaak zijn zij stabieler en financieel prudent. Ook behandelen zij hun medewerkers beter. De fondsen, die een meerderheid van de aandelen in handen hebben, geven veel uit aan filantropische doelen, waaronder ook onderzoek. Zo voedt het bedrijf het hele ecosysteem en wordt en lange termijn win-win situatie gecreëerd. 

Solide rendementen

De vraag is natuurlijk hoe zaken te veranderen? Ondernemers en nieuwere bedrijven hoeven niet te wachten op een nieuwe rechtsvorm, maar kunnen al kiezen om hun onderneming steward owned in te richten. Maar ook voor bestaande bedrijven zijn er verschillende mogelijkheden om richting een meer stewardship ingerichte structuur te komen.

De meeste grote bedrijven zijn wel in handen van grote investeerders die misschien niet op veranderingen zitten te wachten, maar ook de belegger heeft het investeren in steward-owned bedrijven geen windeieren gelegd. De conservatievere kapitaalstructuren en het meer herinvesteren in het bedrijf, in plaats van uitkeren van winsten, vertalen zich vaak in solide, stabielere rendementen en mogelijk ook minder risico’s ten aanzien van aansprakelijkheid, omdat de bedrijven gewoon fatsoenlijker opereren. Dat staat ons te doen: een nieuwe blik op wat goed bedrijfsbestuur is. De overheid moet dat aanmoedigen door kortetermijngedrag scherper te begrenzen.

Anne Gram is onafhankelijke deskundige en lid/adviseur van pensioenfondsbesturen, beleggingscommissies en raden van toezicht.