Overgangsfase
In juni bleek uit de economische indicatoren dat de activiteit overal ter wereld sterk is aangetrokken, met name in de dienstensector. Hoewel de pandemie bepaalde groeilanden blijft treffen, werden er dankzij de vaccinatiecampagnes in de ontwikkelde landen, met name de Europese, talrijke beperkingen opgeheven. Bottlenecks aan de aanbodzijde blijven echter wegen op de economie omdat het herstel krachtig is en de crisis erg specifiek is. Enerzijds zijn de arbeidsmarktindicatoren moeilijk te interpreteren en kunnen beleggers de groei hierdoor lastiger inschatten. Anderzijds kan de inflatie gedurende langere tijd hoger blijven. Hierdoor zorgde de FED voor een verrassing bij beleggers door haar 'dots' te verplaatsen. Ze bewijst zo dat ze in staat is om dit fenomeen te bekampen. De andere belangrijke centrale banken, de ECB en het BoJ, zijn niet van mening veranderd, waardoor beleggers het vertrouwen in de verderzetting van het monetair beleid in deze regio's niet verliezen.
De onzekerheid neemt toe
Uit de PMI-indicatoren blijkt dat er een zekere divergentie bestaat in de wereld. China, het eerste land dat door de crisis werd getroffen en het ook eerste dat krachtdadige economische maatregelen nam om de pandemie in te dammen, begint de economische steunmaatregelen nu al af te bouwen. De kredietimpuls, een graadmeter voor de economie, staat nu weer op zijn dieptepunt. Dat zou de rest van de wereld de komende maanden kunnen beïnvloeden.
In de VS zijn de niveaus die in economische enquêtes zoals de ISM werden bereikt, onhoudbaar gebleken. In Europa lijken beleggers de impact van het herstel met succes te hebben verwerkt, zelfs al blijven deze enquêtes in de goede richting evolueren.
De inflatie blijft erg hoog. De FED toonde aan dat ze niet 'achter de feiten zou blijven aanhollen'. Dat gaf de break-even rentes wat respijt, en stelde vooral buitenlandse beleggers gerust, die gebruik maakten van de relatief hoge Amerikaanse langetermijnrentes om Amerikaanse obligaties te kopen. De impact kwam duidelijk tot uiting in het thema van de aandelenrotatie, waardoor groeiaandelen zoals technologiebedrijven beter presteerden dan het 'value' segment. De Amerikaanse aandelenmarkt, die sterker gericht is op groei, presteerde bijgevolg vrij goed. De prestaties van de groeilanden liepen sterk uiteen. Sommige indices, zoals Korea en Taiwan, bleven stijgen dankzij hun weging in technologieaandelen. Andere, zoals de Chinese aandelenmarkt, werden duurzaam beïnvloed door macro-economische overheidsmaatregelen, meer bepaald degene die technologiebedrijven treffen. De Latijns-Amerikaanse markten, die werden beïnvloed door de overtuiging van een heropening in de toekomst en door minder monetaire ondersteuning, waren stabieler.
Ons credo
Risicovolle activa zijn nu veel hoger gewaardeerd, waardoor ze gevoeliger worden voor externe schokken zoals meer actieve varianten. Tussen september 2020 en april 2021 is de langetermijnrente erg snel gestegen. De rentevoeten lasten een adempauze in door een groeivertraging in het tweede kwartaal in de VS en China, maar gingen de maanden daarop weer hoger. Volgens ons zijn beide gebeurtenissen uiteindelijk mogelijk nefast voor waardeaandelen, vooral Europese aandelen, die sterker gericht zijn op factoren.
Op langere termijn bekeken blijven we ervan overtuigd dat de groei de komende jaren gezond zal blijven. Zelfs als de economie het tempo van de laatste maanden niet kan volhouden, zou er budgettaire ondersteuning moeten zijn, met name in Europa, dank zij het NGEU-plan. Groene en meer billijke maatschappelijke evoluties zullen een duurzame stempel op de markten drukken en bepalend zijn voor de keuzes van beleggers en de bedrijfsmarges, afhankelijk van hun aanpassingsvermogen. De belangrijkste centrale banken zouden mettertijd de monetaire ondersteuning moeten afbouwen, weliswaar erg traag, waardoor de reële rentevoeten erg geleidelijk zullen stijgen en 'value' aandelen superieur zullen presteren.
Risico's voor het scenario
De verspreiding van de virusvarianten moet van nabij worden gevolgd. Zelfs als de vaccins werkzaam lijken te zijn voor de huidige varianten, zou een eventuele verspreiding de heropening of op zijn minst de aard van de groei de komende maanden in het gedrang kunnen brengen. Hierdoor zullen de langetermijnrentes eerder dalen. Een ander risico is dat de bottlenecks aan de aanbodzijde hardnekkiger blijken dan verwacht. Dat zou duurzamere inflatie betekenen en de bedrijfsmarges onder druk zetten. Het vertrouwen van beleggers in een 'goudlokje'-scenario van tijdelijke inflatie en solide en duurzame groei zou zo kunnen afbrokkelen.
Onze huidige multi-asset strategie
Deze overgangsfase zou risicovolle activa volatieler kunnen maken, voordat er voor een voortzetting van het reflatoire klimaat wordt gekozen. Bovendien is de marktliquiditeit in de regel beperkt tijdens het zomermaanden, wat de volatiliteit kan doen toenemen. Daarom dekken we het risico van onze wereldwijde aandelenportefeuille af door wat bescherming op Europese aandelen te kopen. Zo worden we neutraal voor aandelen ten opzichte van obligaties. In het vastrentende luik blijven we onderwogen in overheidsobligaties omwille van de huidige lage rentevoeten.
Op langere termijn bekeken blijven we echter geloven in een breed gedragen herstel, d.w.z. hogere inflatie en hogere rentevoeten, waarvan het valuesegment moet kunnen profiteren. In een dergelijk klimaat blijven we positief voor grondstoffen en groeilanden, met name Latijns-Amerikaanse aandelen.