Beleggen in 2022 vereist volgens UBS Asset Management een heel ander draaiboek, blijkt uit de jaarlijkse vooruitblik Panorama.
"Nu de economie na de COVID-schok normaliseert, dienen beleggers zich voor te bereiden op een heel ander beleggingslandschap dan wat ze het afgelopen decennium gewend waren, zegt Barry Gill, Hoofd Beleggingen bij UBS Asset Management. "Om de risico's van mogelijke structurele inflatie, de afbouw van het monetair stimulerend beleid en de verslechtering van de Chinese groeivooruitzichten in te kunnen schatten, moeten ze uitgaan van een ander scenario. Toch zijn er ook redenen tot optimisme; de groei in ontwikkelde markten is sterk. De meeste beleggers beginnen deze economische cyclus in een veel betere positie dan toen ze uit de wereldwijde financiële crisis kwamen."
Dit zijn volgens de vermogensbeheerder de zes belangrijkste aandachtspunten voor beleggers:
1. Een betere uitgangspositie
Veel problemen waar huishoudens en bedrijven aan het begin van de vorige cyclus mee werden geconfronteerd, zijn er nu niet. In de nasleep van de door de pandemie veroorzaakte recessie ligt het totale loon van de Amerikaanse werknemers al 6,7% boven het niveau van februari 2020. Ongekende monetaire- en begrotingsmaatregelen hebben tevens het aantal faillissementen gedrukt en voor een snellere winstgroei gezorgd. Het resultaat is dat de verhouding tussen schuld en bedrijfswaarde voor wereldwijde aandelen zich snel heeft hersteld en dat de all-in financieringskosten voor Amerikaanse investment grade-bedrijven zich op een historisch laag niveau bevinden. De uitgangspositie voor het aannemen van nieuw personeel en het doen van investeringen is veel beter dan aan het begin van de langdurige, pre-pandemische expansie het geval was. Hiermee is de basis gelegd voor een periode van boven-trendmatige activiteit, aangestuurd door de private sector.
2. Een hogere ondergrens
Een belangrijk verschil tussen de huidige en de vorige cyclus is dat de beleidsmakers die verantwoordelijk zijn voor de begrotingen meer voor een langdurige "do no harm"-aanpak kiezen en niet snel op strenge bezuinigingen zullen overschakelen. Maatstaven voor het begrotingsbeleid die zijn gecorrigeerd voor de economische verzwakking, impliceren dat het begrotingsbeleid in de ontwikkelde markten tot 2023 soepeler blijft dan op enig ander moment sinds 2010.
3. Inflatie veroorzaakt door de toeleveringsketen
De tekorten die zijn ontstaan door het stilvallen van de toeleveringsketen, hebben er in belangrijke mate toe bijgedragen dat de inflatie overal ter wereld tot boven het gemiddelde niveau is gestegen. Deze verhoogde prijsdruk staat in schril contrast met de grotendeels deinflatoire klimaat van het afgelopen decennium. Dit heeft een aantal negatieve gevolgen voor de economische activiteit. Toch zijn er ook positieve kanten: inflatie over een brede linie is een symptoom van een economie die haar productiecapaciteit maximaliseert. Uiteindelijk zal meer capaciteit die knelpunten oplossen en dit zal, in combinatie met een sterke stijging van de lonen, zwaarder wegen op de economie dan de gevolgen van hogere prijzen. De vraag in 2022 wordt uitgesteld, maar gaat niet verloren.
4. Meer investeringen
Het tekort aan de aanbodkant kan ook worden gezien als een teken van de consument dat bedrijven hun kapitaaluitgaven moeten verhogen. Het antwoord van bedrijven is dat ze dat al doen en er nog lang niet klaar mee zijn. Het herstel van de levering van kapitaalgoederen, een indicatie voor het bedrijfssentiment, is in de 15 maanden die volgden op april 2020 veel sterker dan in de 15 maanden na juni 2009. Banken versoepelen financieringsvoorwaarden en de vraag naar bedrijfsleningen stijgt. Omdat kapitaaluitgaven momenteel eigenlijk lager zijn vanwege verstoringen in de toeleveringsketen, is er weinig reden om te denken dat het momentum niet aanhoudt.
5. Minder monetaire steun
De stijging van de kortetermijnrente sinds medio september doet vermoeden dat de renteverhogingen in veel ontwikkelde economieën waarschijnlijk in 2022 van start gaan, misschien zelfs eerder. Voor de Fed betekent dit een veel snellere omslag naar een verkrappend beleid dan de meer dan zes jaar die verstreek na het einde van de recessie in 2009. Het wegvallen van de monetaire steun van de centrale bank lijkt op het eerste gezicht ongunstig voor risicovolle beleggingen. Beleggers moeten echter bedenken dat deze afbouw gekoppeld is aan positieve economische resultaten. UBS AM denkt dat in 2022 duidelijk wordt of het wegvallen van de monetaire steun niet alleen afhangt van de hardnekkigheid van de prijsdruk, maar ook van de kracht van de groei en de beweging richting volledige werkgelegenheid.
6. China
De vooruitzichten voor de Chinese economie vormen voor beleggers verreweg de donkerste wolk. Ondanks de structurele trend zijn er op korte termijn een aantal katalysatoren die wijzen op een stabilisatie en misschien een bescheiden opleving van de Chinese bedrijvigheid. Een forse vraag vanuit de VS en de EU stuwt het Chinese handelsoverschot naar recordhoogte, wat goed is voor de binnenlandse productie. Een ommekeer in de kredietimpuls vóór het einde van het jaar zou een nieuwe bodem onder de activiteit moeten leggen.
"De interne factoren op de aandelenmarkten en de rendementen op staatsobligaties wijzen erop dat beleggers de marge voor een economische groei boven het trendniveau onderschatten, zegt Nicole Goldberger, hoofd Growth Multi-Asset Portfolios bij UBS Asset Management. "Wij beseffen dat dergelijke perioden in het recente verleden van korte duur zijn geweest, en dat verklaart de terughoudendheid van de markt. Niettemin wijzen marktprijzen op een consensus met betrekking tot de terugkeer naar middelmatige groei. Tegen deze achtergrond zijn risicodragende cyclische beleggingen in regio's als Japan en Europa en in sectoren als small caps in de VS, goed gepositioneerd om beter te presteren. Ook financials en energie zullen wellicht beter presteren in een wereld van opwaartse groeiverrassingen die de obligatierente opdrijven."
Hier vindt u de volledige Panorama van UBS Asset Management.