Deel 3 uit onze serie: We gaan in op de vraag hoe de beleggingsportefeuille kan worden geconstrueerd.
We schreven in het eerste artikel van deze serie over de werking van het pensioencontract, waarbij voor elk van de leeftijdscohorten de mate van renteafdekking wordt vastgelegd en tevens de mate waarin het cohort meedeelt in het overrendement. De daadwerkelijke beleggingen vinden plaats in één collectieve portefeuille en de vraag is dan ook hoe deze vast te stellen, gegeven het risicobudget en de vastgelegde verdeelregels.
Deelnemers krijgen twee rendementen toegekend: het beschermingsrendement en het overrendement. Het beschermingsrendement wordt voor de deelnemer vastgesteld op basis van de DNB swaprente. Dit betekent dat bij de huidige uitwerking van het nieuwe pensioencontract het beschermingsrendement dat deelnemers krijgen toebedeeld onafhankelijk is van daadwerkelijke rendementen die met de beleggingen worden gerealiseerd.
In dit derde deel van de serie gaan we in op de onderdelen en regels die van invloed zijn op de portefeuilleconstructie in het nieuwe contract.
Klik hier om naar het volledige artikel te gaan. Onder het Engelstalige intro vindt u het Nederlandstalige artikel als download.